Het Bruisnest uit de rode cijfers
Al meer dan tien jaar is Het Bruisnest onmisbaar voor inwoners van Gouda. Maar financieel kwam het inloophuis en activeringscentrum nooit uit. De afgelopen jaren werd de puzzel opnieuw gelegd. Met succes. Het Bruisnest sloot 2024 af met een financieel positief resultaat.
Apparaten opknappen bij het Repaircafé, maaltijden bereiden voor buurtgenoten en computerproblemen oplossen. Zo’n zeventig deelnemers komen er graag hun bed voor uit. De activiteiten en sociale contacten bij Het Bruisnest geven hun dag ritme en kleur. Dat de Kwinteslocatie een boel betekent voor veel verschillende mensen in Gouda, weet oprichter Yvonne Visser als geen ander. ‘We activeren mensen in de breedste zin. Zo begeleidde onze IPS-trajectbegeleider in 2024 vijftien mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt naar een (betaalde) baan. En naast de zeventig deelnemers komen elke week rond de vijftig bezoekers langs voor een kopje koffie en sociaal contact.’
Van inzicht naar uitleggen
Toch liep niet alles op rolletjes voor Het Bruisnest. ‘De locatie was financieel niet gezond’, vertelt Yvonne. ‘Als we voor al die mensen die veilige haven wilden blijven, moesten we uit de rode cijfers.’ Met collega-coördinator Mirjam Goedendorp, accountmanager Bas van Polanen en zorgmanager Machteld van Raalte stroopte ze de mouwen op. ‘Onze eerste stap was inzicht krijgen’, blikt Bas terug. ‘Wat doet Het Bruisnest voor wie, en krijgen we daar ook voor betaald? Vooral op het gebied van vergoedingen bleken verbeteringen mogelijk.’
Bas legt uit hoe inlooplocaties zoals Het Bruisnest elk jaar een complexe financiële puzzel moeten leggen. ‘De gemeente is onze belangrijkste financier en verleent subsidie vanuit verschillende potjes, vooral gericht op participatie in de buurt. Toen we zagen dat de vergoeding van de gemeente Gouda de kosten niet dekte, zijn we in gesprek gegaan. We gaven inzicht in wat we doen en betekenen, ook voor preventie. De gemeente stelde zich op als een echte partner. Sinds twee jaar financiert ook de afdeling voor de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) mee.’
Sleutelen aan de voorkant
Nóg meer goede gesprekken volgden, en wel met collega-zorgorganisaties. ‘Als cliënten van andere zorgorganisaties gebruikmaken van ons aanbod, kunnen we een deelvergoeding krijgen’, legt Bas uit. ‘Dat geldt met name voor de Wet langdurige zorg (Wlz). Die vergoedingen komen niet vanzelf, die moet je aanvragen. Dat gebeurde niet altijd. Een belangrijk inzicht, waarmee we aan de slag zijn gegaan. Nu krijgen nieuwe bezoekers eerst een intake, zodat we beter weten wat ze nodig hebben en welke vergoeding past. Dat geeft houvast in het contact met financiers.’
Inkomsten vanuit de buurt
Tot slot keek het team naar de eigen inkomsten. Hoe meer Het Bruisnest zelf verdient, hoe steviger de basis. Die inkomsten komen deels uit de wijk. Buurtgenoten eten bij het restaurant, laten hun kapotte apparaten repareren bij het Repaircafé en krijgen pc-hulp. Mirjam: ‘Die activiteiten lopen heel goed. We maken reclame via social media, maar hebben dat amper nodig. De meeste mensen komen binnen via mond-tot-mondreclame. Na de verhuizing zat ons restaurant zó weer vol – ook al zitten we nu in een andere wijk.’
Al het harde werk leverde een mooi resultaat op: we hebben vorig jaar net in de plus gedraaid. Bas: ‘We krijgen nu betaald voor het belangrijke werk dat we doen. En dat Het Bruisnest financieel sterk staat, betekent ook dat de locatie door kan ontwikkelen. Zo komt er een extra begeleider bij in 2025. Toch kan Het Bruisnest niet achteroverleunen, stelt Yvonne. ‘We moeten elk jaar opnieuw kijken hoe we er financieel voor staan.’
Werk voor iedereen
In 2025 staat er veel moois op het programma. Het Bruisnest hoopt onder andere de eerste resultaten te zien van de samenwerking met Movisie. Het kennisinstituut ontwikkelt het Platform Werk Inclusief Beperking om een inclusieve arbeidsmarkt dichterbij te brengen. ‘Het Bruisnest sluit aan vanuit de ggz en Verwey-Jonkerinstituut doet onderzoek’, zegt Yvonne. ‘In 2024 ontwikkelden we de website Werkinclusief.nl. Hiervoor ontvangen we tijdelijk subsidie van Goldschmeding Foundation. In 2025 gaat de website live en hopen we de eerste werkzoekenden aan werkgevers te kunnen koppelen.’ Bas: ‘De subsidie is tijdelijk, waardoor er in 2025 een klein gat in onze begroting ontstaat. We hopen hierover met de gemeente in gesprek te blijven.’
Yvonne en Mirjam hopen in 2025 ook resultaat te zien van het werkgeversontbijt dat ze in 2024 voor het eerst organiseerden. Het Bruisnest begeleidt mensen met ggz-problemen via Individuele Plaatsing en Steun naar werk. Maar het kost veel tijd en daarmee geld om werkgevers te vinden die willen meewerken. ‘Werkgevers hebben vaak zorgen of ervaren obstakels’, zegt Yvonne. ‘Tijdens het ontbijt zijn we daarover én over de kansen in gesprek gegaan.’
Een hoop positiviteit
Mirjam en Yvonne zijn tevreden dat de financiële puzzelstukjes op hun plek liggen, zodat ze kunnen focussen op de deelnemers en andere bezoekers. ‘Het Bruisnest brengt een hoop positiviteit door het gezonde deel van mensen centraal te stellen’, zegt Mirjam. ‘Mensen leren hier vaardigheden, krijgen zelfvertrouwen én gaan weer dromen. Ze steken daarmee ook elkaar aan.’
Dat levert voor iedereen wat anders op, stelt Yvonne. ‘De één leeft op door het vertrouwen bij ons, de ander bouwt toe naar een vast contract. Zo werkt een deelnemer inmiddels met veel plezier in het drukke Hema-restaurant, ondanks haar autisme. Dat Het Bruisnest financieel sterk staat, houdt in dat we dit voor al die mensen kunnen blijven betekenen. Daar ben ik ontzettend blij mee.’
Meer over verbinden in 2024
Kwintes klaar voor de toekomst: de oplossingen samen maken het verschil
Méér dan een nieuw HR-systeem